Skip to content

Sinds september 2020 werkt de aannemerscombinatie Beens Groep / Hakkers aan duurzame oeverconstructies langs Noord-Hollandse kanalen. Dit project, gebaseerd op een langdurige samenwerkingsovereenkomst (SOK) met de Provincie Noord-Holland, richt zich op het vervangen van 150 kilometer oevers binnen een periode van acht jaar. Het doel daarbij is om deze oevers via 20 trajecten op een circulaire manier te vervangen, met 80% minder milieukosten (zoals CO₂) en minstens 50% hergebruikte materialen.

Dankzij deze programmatische aanpak kunnen we continu innoveren en experimenteren. Per oevertraject passen we lessen en innovaties van eerdere fases toe, ondersteund door een Nadere Overeenkomst (NOK) na elk traject. Bovendien hebben we onze ambities aangescherpt: aan het einde van de samenwerking willen we 100% emissievrij werken.

Om deze ambitie te realiseren, investeren we in emissievrije machines. Een van de emissievrije machines die wij als Hakkers al in gebruik hebben, is onze elektrische ankerboormachine. Toch hebben wij met deze machine bij het project SOK een primeur bereikt; dit is namelijk de eerste keer dat we onze elektrische ankerboormachine opladen door middel van waterstof.

Samen met Beens Groep hebben we een waterstofbrandcel aangeschaft. In de brandstofcel wordt waterstof, die in een container wordt opgeslagen, gesplitst in water (uitlaatgas) en stroom die voor de aandrijving zorgt. Moeilijk verhaal? Zeker niet! Simpel gezegd werkt een brandstofcel in veel opzichten als een accu. Echter, je moet een accu regelmatig opladen met een externe bron, terwijl een brandstofcel zelf energie opwekt.

Langdurige samenwerking maakt niet alleen innovaties zoals waterstof mogelijk, maar ook efficiënt hergebruik van materialen. Zo zijn stalen damwanden uit het Twentekanaal opnieuw ingezet, waardoor het eerste oevertraject al voor 77% uit gerecycled materiaal bestaat. Dit soort oplossingen zijn alleen haalbaar wanneer je beiden vanuit een langetermijnvisie investeert in hergebruik.

Deze samenwerking bewijst dat duurzaamheid en infrastructuur hand in hand kunnen gaan. Door opgedane kennis en ervaring continu te borgen en toe te passen in volgende trajecten, werken we steeds duurzamer en efficiënter. Continue monitoring en evaluatie zorgen ervoor dat we flexibel blijven en snel kunnen inspelen op nieuwe kansen.

Met deze unieke samenwerking zet Noord-Holland een belangrijke stap richting een duurzamere en meer circulaire infrastructuur, een aanpak die mogelijk als voorbeeld kan dienen voor andere regio’s in Nederland.